Iemand helpen als je boodschappen doet. Dat geeft voldoening. Of niet?

Zeven jaar heb ik op deze dag gewacht.

Ik ga boodschappen doen. Alleen en ongestoord. Veel boodschappen, want morgen vieren we de verjaardag van onze jongste. Hij is eergisteren vier geworden. Ik heb hem net naar school gebracht en huppel zowat de supermarkt in. Net als ik de sperziebonen wil wegen, duikt er een dame op van links. Haar witte haar steekt af tegen haar felrode winterjas. Ze legt een granny smith op de weegschaal.

Die had ik niet zien aankomen

‘Jij hebt nog jonge benen, lieverd’, glimlacht de dame.
‘Tuurlijk, mevrouw. Gaat u maar voor.’ Ik haal mijn schouders op en lach terug. De dame schuifelt weg. De appel rolt heen en weer in het mandje van haar rollator.  

Ik lever mijn statiegeldflessen in en til een krat bier in de winkelwagen. Ik zoek wijn uit en verschillende soorten sap. Ik sta te dubben of ik Fristi zal nemen, of toch Chocomel, als ik merk dat ik continu een rode vlek in mijn blikveld zie. Ik kijk op.

Daar staat de dame. Ze leunt op haar rollator

‘Mag ik wat vragen, lieverd?’ Ze kijkt van de winkelwagen naar de boodschappenlijst in mijn hand. 

‘Natuurlijk.’ 

Ze wiebelt heen en weer op haar gaatjesschoenen. ‘Spaar jij die gratis zegeltjes?’ 

‘Nee.’ 

‘Mag ik ze dan?’

‘Ja,’ zeg ik. ‘Maar dan moet u wel even geduld hebben, want ik ga op mijn gemak deze lijst afwerken.’ Ik steek mijn hand met het A4-tje erin omhoog. 
‘O, dat is prima. Ik wacht je wel op bij de kassa.’

Hè, wat kan het toch makkelijk zijn om iemand blij te maken

Ik buk om een zak bitterballen uit de diepvries te pakken, kom omhoog en bots bijna tegen de dame.
‘O, pardon.’

‘Belegen is het lekkerst’, hoor ik bij de kaasafdeling.

‘Chipito’s’, sist ze, als ze me ziet twijfelen tussen twee soorten chips.
‘Vol en romig’, adviseert ze bij de koffiemelk.

Ik zucht, kijk de dame aan en trek mijn wenkbrauwen op

‘Eh, sorry. Neem je tijd, ik wacht wel’, mompelt ze en ze maakt zich uit de voeten. 

Ik loop kriskras door de winkel. En ja hoor, de rode vlek is overal. Deze vrouw is ultrafit en vastbesloten mij geen seconde uit het oog te verliezen. Als een duveltje uit een doosje duikt ze op bij het wc-papier, bij de pannenkoekenmix en bij de feestspekken.

Bij de kassa komt ze vlak achter me staan

‘Au.’
Prikte ze nou echt met haar wijsvinger in mijn zij?
‘Mijn zegeltjes’, roept de dame. Ze spettert in mijn gezicht. ‘Vergeet ze niet.’
Dan grist ze een zegelboekje van de stapel waar ik net even mijn arm op had gelegd. Mijn hart bonkt in mijn keel.

Ik dóe dat mens w-.

Maar ik zeg niks en geef de sliert servieszegels aan de dame

Ik ga verder met het inpakken van de boodschappen. Zij propt de zegels in haar jaszak en rekent haar appel af.
‘Krijg ik daar ook nog een zegel bij, lieverd?’, vraagt ze aan de kassamedewerker.

Ha, hij trapt er niet in. Hij niet.

De dame wurmt zich langs me heen en verlaat de winkel. Ze keurt me geen blik meer waardig.

Ik kijk haar na. En dan schiet het door mijn hoofd:

Ouderenmishandeling begint nooit vanzelf.

JOUW BLOGS AL MIJN BLOGS CONTACT